Carel Hartsinck

overleden: 24 september 1667 in Batavia

Functies bij de Compagnie

• Opperhoofd van Tonkin: 1637 tot 1641 (koopman)
• Secunde van Formosa: oktober 1641 tot 1642
• Raad van Indië in Batavia: 1651 tot 24 september 1667 (overleden)
• Vice-president van de Raad van Justitie in Batavia: 7 juli 1651
• Directeur-generaal in Batavia: 20 mei 1653 tot 24 september 1667 (overleden)
• President van het College van Schepenen in Batavia: 3 november 1654 tot 29 mei 1657

Biografie

Nadat onder Gouverneur-Generaal Anthony van Diemen op 13 mei 1636 besloten was om een handelsbezending naar Tonkin te doen, werd de onderkoopman Carel Hartsinck, die in 1633 al tot het comptoir Firando in Japan behoorde, belast met de Tonkinse handel. Hij krijgt daartoe in Firando op 29 januari 1637 een uitgebreide instructie van Nicolaas Koeckebacker, het opperhoofd in Japan, mee en vertrekt met het schip Grol uit Japan over Tayouan naar Tonkin. Op 18 december 1637 ontvangt hij na zijn terugkomst een nieuwe instructie en gaat met het schip „Sandvoort" opnieuw naar Tonkin. Hij had inmiddels een contract met de Vorst van Tonkin gesloten en was als zoon van de Koning aangenomen. Hartsinck is opperhoofd van Tonkin en wordt bevorderd tot koopman op 16 juni 1638 en wordt daar opnieuw bevorderd tot opperkoopman in augustus 1641. Na terugkomst uit Tonkin en Japan wordt hij in oktober 1641 1e opperkoopman en secunde in Tayouan (Formosa). Hij verzoekt in juni 1642 om tegen de a.s. noordermoesson naar Batavia en vandaar naar Nederland verlost te worden omdat zijn dienstverband dan afloopt.

Carel Hartsinck krijgt bij resolutie van 15 november 1642 het commando over de retourschepen. In augustus 1644 was hij in het vaderland en werd door Heren XVII vereerd met 500 gulden en de belofte, dat op zijn goede diensten zou gelet worden, als hij besloot weer naar Indië te gaan. Hij vestigde zich toen in zijn geboorteplaats Meurs, waar drie kinderen werden geboren.

In 1651 gaat hij weer terug in Indië als raad van Indië. Op 7 juli 1651 wordt hij tevens vice-president van den Raad van Justitie. Op 21 maart 1653 wordt hij benoemd tot gouverneur van Tayouan maar daar is hij niet naar toe vertrokken. Op 28 april d.a.v. is Hartsinck van zijn bijzondere ambten ontslagen. Op 20 mei 1653 is hij bij provisie benoemd tot directeur-generaal van Indië. De Hoge Regering keurde een salaris van 500 daalders per maand en 100 daalders kostgeld goed op 16 januari 1654. Hij is president van Schepenen van 3 november 1654 tot 29 mei 1657. In die tijd wordt hij benoemd tot directeur-generaal van Indië op 8 juli 1656. Van 25 november 1661 tot 23 november 1663 is hij ook president van de Raad van Justitie. Carel Hartsinck is overleden in Batavia als 1e raad en directeur-generaal op 24 september 1667, van welk overlijden in het Dagregister van het kasteel Batavia melding wordt gemaakt.

Carel Hartsinck was geboren in Meurs (nu Moers, Noordrijn-Westfalen) in 1611 als zoon van Joris Hartsinck (Jiirgen Hertzingh) en van Catharina Blanck. Hij trouwde op Formosa in 1641 of 1642 met Sara de Solemne, weduwe van Pieter Smidt, geboren in Arnhem op 10 juni 1619 en overleden in Amsterdam op 14 november 1695, dochter van David de Solemne, eerst kwartiermeester in het regiment van Graaf Ernst, sinds 1630 commandeur en kapitein in dienst van de O.I. Compagnie, en van Hester van Hoornbeek, door welk huwelijk hij de zwager van Rijcklof van Goens werd, die met Hester, de half-zuster van Sara de Solemne, getrouwd was, hetgeen van invloed kan zijn geweest op Hartsinck's carrière. Uit zijn huwelijk kreeg hij 10 kinderen en bovendien had hij bij een Japanse vrouw 2 voorkinderen, voor welke bij zijn testament van 29 oktober 1662 de wettiging werd gelast.

Bron

[1] Wijnaendts van Resandt, W., 1944. De gezaghebbers der Oost-indische Compagnie op hare buiten-comptoiren in Azië. - Amsterdam: Uitgeverij Liebaert, 1944. - 316 p., [nl]